Een tijdje geleden kreeg ik de politie aan de deur. Er was ’s nachts een bom ontploft bij mij in de buurt, en dus gingen ze van deur tot deur om te kijken of iemand iets had gehoord of gezien. Daarbij kregen ze vast veel halve waarheden te horen, en misschien zelfs pure onzin, van mensen die vliegende schotels hadden gezien, of circusclowns met kanonnen. Maar er zitten ook bruikbare verklaringen bij, en als de politie alles bij elkaar legt valt er toch vaak iets af te leiden uit zulk buurtonderzoek.
Wetenschap werkt net zo, alleen gaat het langzamer. Overal ter wereld doen wetenschappers onderzoek naar veroorzakers van ziektes, daar komen geslaagde en minder geslaagde studies uit voort, en als je die allemaal op een rij zet komt er vaak een patroon uit, een herkenbare ziekteoorzaak.
Er is één verschil. De politie komt pas aan het eind naar buiten met hun conclusies. Ze sturen niet na elk huisbezoek een persbericht uit, zo van: ‘Aanslag vermoedelijk gepleegd door Marsmannen’. ‘Aanslag gepleegd door circusclowns.’
Helaas sturen wetenschappers steeds meer persberichten uit. ‘Jongeren worden agressief van frisdrank’.[1] ‘Ze worden hyperactief van kleurstoffen’.[2] ‘Nee, ze kunnen overal hyperactief van worden maar niet van kleurstoffen’.[3] Ik word over dat soort opzienbarende onderzoeksresultaten een paar keer per week gebeld door journalisten, en meestal is het niks. Het is een spoor, maar de meeste sporen zijn dwaalsporen, net als bij politieonderzoek.
Waarom kunnen wetenschappers niet 10 jaar wachten met hun persbericht, tot ze er samen uit zijn? Deels komt het omdat iedereen het laatste nieuws wil hebben, en je kunt het toch niet geheim houden want alles staat op internet. Maar het komt ook omdat universiteiten publiciteit willen, omdat ze met elkaar concurreren om studenten en geld. Er bestaat zelfs een ranglijst van welke universiteit het vaakst in de media komt.[4]
Ik ben blij dat politiekorpsen niet hoeven te concurreren, anders gingen die ook van elke getuigenverklaring een persbericht uitsturen. Hoewel: van hun bezoek aan viel mij met geen mogelijkheid een persbericht te maken.
[1] Solnick SJ, Hemenway D. The 'Twinkie Defense': the relationship between carbonated non-diet soft drinks and violence perpetration among Boston high school students. Inj Prev. 2011.
[2] McCann D et al. Food additives and hyperactive behaviour in 3-year-old and 8/9-year-old children in the community: a randomised, double-blinded, placebo-controlled trial. Lancet. 2007.
[3] Pelsser LM. ADHD, a Food-Induced Hypersensitivity Syndrome: in Quest of a Cause. Stelling 1: ‘ADHD is not caused by colourings or sugar’. Proefschrift, Radboud Universiteit Nijmegen, 2011.
Zie ook: Elsevier. TU Delft nummer één in verzilveren van kennis. Woensdag 22 juni 2011.