Een maand geleden kreeg ik een uitnodiging ondertekend door drie presidenten: Hans Clevers van de Koninklijke Nederlandse Akademie voor Wetenschappen, Klaas Knot van De Nederlandsche Bank en Peter Kapitein van Inspire2Live.
Clevers en Knot kent u. Kapitein is een tanige IT’er van begin 50 en een enthousiast sporter. Hij kreeg acht jaar geleden lymfklierkanker, overleefde dat en zet zich sindsdien met een aantal kompanen enormin voor kankerpatiënten. Hun gesponsorde fietstochten op de Alpe d’Huez leverden vorig jaar 32 miljoen euro op.[i]

Die uitnodiging betrof een conferentie waar wetenschappers op een rijtje gaan zetten hoe kanker kan worden voorkómen. Mij werd gevraagd het onderdeel voeding te coördineren. Eervol, maar ik vroeg me af wat ik te bieden had. Volgens gezaghebbende instanties zoals KWF Kankerbestrijding kan het eten van voldoende groente en fruit jaarlijks duizenden gevallen van kanker voorkómen.[ii]Ik heb daar echter ernstige twijfels over.

Dertig jaar geleden zag het er hoopvol uit. Twee briljante onderzoekers uit Oxford, de jonge Richard Peto en de oude Richard Doll, verzamelden toen in één geruchtmakende publicatie alles wat er bekend was over de oorzaken van kanker.[iii]Ze concludeerden dat betere voeding misschien wel 35 procent van alle kankergevallen kon voorkomen.Daar was een hele rij etenswaren voor nodig en het was allemaal nog erg onzeker, maar over bepaalde bestanddelen van groenten en fruit waren ze wel optimistisch, met name over caroteen.[iv] Caroteen is een oranje stof die van nature voorkomt in worteltjes, mango, abrikozen, spinazie, boerenkool en andere groenten en fruit. Het vertoonde veelbelovende effecten op kanker bij proefdieren en in de reageerbuis.[v]Ook was aangetoond dat mensen die van huis uit veel groenten en fruit eten meer caroteen in hun bloed hebben en minder kanker krijgen dan het gemiddelde.3Mensen die spontaan worteltjes kiezen in plaats van chips gedragen zich echter ook overigens gezonder.[vi]Dan weet je niet of ze de kanker ontlopen dankzij de caroteen of dankzij iets anders. Daarom waren langdurige experimenten nodig om vast te stellen of het echt werkte. Die experimenten waren met caroteen goed te doen; je kunt het in capsules stoppen en aan vrijwilligers om-en-om een caroteencapsule of een fopcapsule verstrekken.

Dat is duur onderzoek, maar Doll was niet de eerste de beste. Hij had zijn leven besteed aan een zoektocht naar de oorzaak van longkanker en hij had tegen alle verzet in bewezen dat sigaretten de schuldige waren.[vii]Daarvoor was hij geridderd. Zijn publicatie over voeding en kanker maakte daarom veel los. Binnen een paar jaar startte er in Finland een experiment bij 29.000 sigarettenrokers die om en om placebo kregen of caroteen, ongeveer de hoeveelheid uit één glas wortelsap.[viii]De uitslag was diep teleurstellend: caroteen leidde tot méér in plaats van tot minder kanker.[ix]Een vergelijkbare studie in de Verenigde Staten vond dat ook.[x]Er werden diverse andere vitaminen en mineralen getest, maar tien jaren en vele tientallen miljoenen dollars later was de conclusie onontkoombaar: niets hielp.[xi]Kennelijk deden worteltjeseters andere dingen die ze beschermden tegen kanker.[xii]

Toen gebeurde er iets merkwaardigs. Het had voor de hand gelegen om te zeggen: ‘We hebben hoog gegrepen maar staan met lege handen. Worteltjes werken niet en andere groenten en fruit waarschijnlijk ook niet.’Daar is niets mis mee, het meeste onderzoek levert niets op. Maar zo ging het niet. Hetheilzame effect van groente en fruit was een dogma geworden waar niet aan mocht worden getwijfeld, dus werd er voor elk teleurstellend experiment een nieuwe verklaring aangevoerd.[xiii]Er had te veel caroteen in gezeten. Er had vitamine E en vitamine C bij gemoeten. Vitamine B gaat wel werken. Of het mineraal selenium. Toen dat allemaal was getest en weerlegd volgde er een theorie die niet te weerleggen viel. Die kwam er op neer dat in groenten en fruit unieke combinaties zitten van grote aantallen stoffen die met zijn allen kanker voorkómen en welke combinaties dat zijn zullen we nooit weten.[xiv]Zoiets klinkt een beetje als een creationist die gelooft dat de aarde 6000 jaar geleden is geschapen en die voor ieder bewijs van het tegendeel een andere verklaring heeft.

Dat soort wetenschap is niets voor mij. Ik belde daarom Peter Kapitein en zijn mannen om te waarschuwen dat ze niet de conventionele wijsheid over groenten en fruit van mij moesten verwachten. Ik zie meer in andere maatregelen tegen kanker; je dochter laten vaccineren tegen baarmoederhalskanker bijvoorbeeld, of je dokter vragen of die CT-scan echt nodig is.[xv]En als het over voeding gaat, laten we ons dan concentreren op oorzaken van kanker die we redelijk zeker kennen zoals wijn en bier.

Kapitein c.s. waardeerden mijn telefoontje en verzekerden me dat ik me geen zorgen hoefde te maken; ze waren niet gehecht aan conventionele wijsheden.Zo mag ik het horen! Ik verheug mij opde conferentie en op discussies tot diep in de nacht over wat er wel of niet is bewezen.



[i]Alpe d'HuZes. “Totaal gedoneerd -- 32.231.747,35 is het eindbedrag van Alpe d'HuZes 2012” 

[ii] Wat zeggen officiële instanties over groenten, fruit en kanker?

Devoorlichters van KWF Kankerbestrijding zeggen: “Groenten en fruit -- Wanneer iedereen voldoende groente en fruit zou eten, zouden jaarlijks duizenden gevallen van kanker worden voorkomen. Groenten en fruit beschermen vooral tegen kanker in de mond- en keelholte, slokdarm, maag en longen. Waarschijnlijk wordt het gunstige effect bereikt door een wisselwerking tussen verschillende stoffen die in groente en fruit zitten. Het advies is daarom om elke dag minimaal 2 ons groente en 2 keer fruit te eten.” 

Dewetenschappers van het KWF zijn daarentegen minder overtuigd; zie Werkgroep ‘Voeding & Kanker’ van de Signaleringscommissie Kanker van KWF Kankerbestrijding. 2004. ‘De rol van voeding bij het ontstaan van kanker.’ 

Het Voedingscentrum is iets voorzichtiger maar zegt wel: “Als alle Nederlanders 2 ons groente per dag eten, kunnen per jaar [….] ongeveer 2300 sterfgevallen door kanker worden voorkomen.” 

De Gezondheidsraad schrijft: “Er zijn voldoende aanwijzingen om te mogen veronderstellen dat er sprake is van een invers verband tussen groente- en fruitgebruik en het risico op hart- en vaatziekten en enkele vormen van kanker (slokdarm, maag)”. Voor de onderbouwing wordt verwezen naar Richtlijnen goede voeding 2006 – achtergronddocument [zelfde site]. Daarin staat: “Het rapport concludeert dat een verhoging van de groente- en fruitconsumptie in Nederland een aanzienlijk deel van de sterfte als gevolg van kanker en hart- en vaatziekte kan voorkomen.” ‘Het rapport’ is een rapport van het bureau voor de promotie van groenten en fruit, (Jansen MCJF, van de Vrijer LPL. Fruit and vegetables in chronic disease prvention. Second update. 2004. Zoetermeer, Holland Produce Promotion. Elders op internet wordt de 2e auteur aangeduid als “van de Vijver LPL.”). De verwijzing naar (slokdarm, maag) lijkt te zijn overgenomen van de Signaleringscommissie Kanker van KWF Kankerbestrijding.

Het Wereld Kanker Onderzoek Fonds schrijft: “Bescherming tegen kanker -- Wetenschappelijk onderzoek wijst uit dat groente en fruit uw risico op de volgende soorten kanker kunnen verlagen: mondkanker; keelkanker; strottenhoofdkanker; slokdarmkanker; maagkanker; longkanker; alvleesklierkanker; prostaatkanker. Vezelrijke voeding kan u beschermen tegen dikke darmkanker” 

[iii]Doll R, Peto R. The Causes of Cancer: Quantitative Estimates of Avoidable Risks of Cancer in the United States Today. JNCI J Natl Cancer Inst. 1981 Jun 1;66(6):1192–308.

[iv]Peto R, Doll R, Buckley JD, Sporn MB. Can dietary beta-carotene materially reduce human cancer rates? Nature. 1981;290(5803):201–8.

[v]Peto R, Doll R, Buckley JD, Sporn MB. Can dietary beta-carotene materially reduce human cancer rates? Nature. 1981;290(5803):201–8.

Byers T, Perry G. Dietary Carotenes, Vitamin C, and Vitamin E as Protective Antioxidants in Human Cancers. Annual Review of Nutrition. 1992;12(1):139–59.
Krinsky NI. Actions of Carotenoids in Biological Systems. Annual Review of Nutrition. 1993;13(1):561–87.

[vi]Ascherio A et al. Relation of Consumption of Vitamin E, Vitamin C, and Carotenoids to Risk for Stroke among Men in the United States. Annals of Internal Medicine. 1999 Jun;130(12):963-970.

[vii] Doll R, Hill AB. Lung cancer and other causes of death in relation to smoking; a second report on the mortality of British doctors. Br Med J. 1956 Nov 10;2(5001):1071-81. 

[viii] In de Finse studie kregen de deelnemers 20 milligram en in de Amerikaanse studie 30 milligram beta-caroteen per dag. Een glas wortelsap van 150 cc bevat 23 milligram beta-caroteen (NEVO tabel 2004). Het effect van caroteen uit worteltjes kan wel kleiner zijn dan dat van capsules omdat caroteen uit capsules beter wordt opgenomen in het lichaam; zie http://www.porphyriafoundation.com/testing-and-treatment/medications-for-porphyria/lumitene

[ix]The Alpha-Tocopherol Beta Carotene Cancer Prevention Study Group. The Effect of Vitamin E and Beta Carotene on the Incidence of Lung Cancer and Other Cancers in Male Smokers. New England Journal of Medicine. 1994;330(15):1029–35. DOI: 10.1056/NEJM199404143301501

[x]Omenn GS.  Effects of a combination of beta carotene and vitamin A on lung cancer and cardiovascular disease. N Engl J Med. 1996
Zie ook: Omenn GS.  Chemoprevention of lung cancer: the rise and demise of beta-carotene. Annu Rev Public Health. 1998. “With the prespecified primary analytic method, using astratified logrank test to estimate relative risks with Cox regression models, theRR were 1.36 (CI 1.07–1.73, p D 0.01) for weighted lung cancer incidenceand 1.59 (CI 1.13–2.23, p D 0.01) for weighted lung cancermortality.”

[xi]Druesne-Pecollo N, Latino-Martel P, Norat T, Barrandon E, Bertrais S, Galan P, et al. Beta-carotene supplementation and cancer risk: a systematic review and metaanalysis of randomized controlled trials. Int. J. Cancer. 2010 Jul 1;127(1):172–84. 

Heart Protection Study Collaborative Group. MRC/BHF Heart Protection Study of antioxidant vitamin supplementation in 20536 high-risk individuals: a randomised placebo-controlled trial. Lancet. 2002;360:23-33.
Bjelakovic G, Nikolova D, Simonetti RG, Gluud C. Antioxidant supplements for prevention of gastrointestinal cancers: a systematic review and meta-analysis.Lancet. 2004 Oct 2-8;364(9441):1219-28.
Coulter ID, Hardy ML, Morton SC, Hilton LG, Tu W, Valentine D, Shekelle PG. Antioxidants vitamin C and vitamin E for the prevention and treatment of cancer. J Gen Intern Med. 2006 Jul;21(7):735-44.
Lippman SM et al. Effect of selenium and vitamin E on risk of prostate cancer and other cancers: the Selenium and Vitamin E Cancer Prevention Trial (SELECT).JAMA. 2009 Jan 7;301(1):39-51. doi: 10.1001/jama.2008.864.

Clarke R; B-Vitamin Treatment Trialists' Collaboration. Effects of lowering homocysteine levels with B vitamins on cardiovascular disease, cancer, and cause-specific mortality: Meta-analysis of 8 randomized trials involving 37 485 individuals. Arch Intern Med. 2010 Oct 11;170(18):1622-31. doi: 10.1001/archinternmed.2010.348
Klein EA et al. Vitamin E and the risk of prostate cancer: the Selenium and Vitamin E Cancer Prevention Trial (SELECT). JAMA. 2011 Oct 12;306(14):1549-56. doi: 10.1001/jama.2011.1437.

[xii]Stram DO, Huberman M, Wu AH. Is residual confounding a reasonable explanation for the apparent protective effects of beta-carotene found in epidemiologic studies of lung cancer in smokers? Am. J. Epidemiol. 2002 Apr 1;155(7):622–8.
Lawlor DA, Davey Smith G, Kundu D, Bruckdorfer KR, Ebrahim S. Those confounded vitamins: what can we learn from the differences between observational versus randomised trial evidence? Lancet. 2004 May 22;363(9422):1724–7.
Key TJ. Fruit and vegetables and cancer risk. Br. J. Cancer. 2011 Jan 4;104(1):6–11.

[xiii]Tatsioni A BN. Persistence of contradicted claims in the literature. JAMA. 2007 Dec 5;298(21):2517–26.

Ledford H. The ghost of research past.Nature 2007 

Paolini M, Sapone A, Canistro D, Chieco P, Valgimigli L. Antioxidant vitamins for prevention of cardiovascular disease. The Lancet. 2003 Sep 13;362(9387):920.

[xiv]World Cancer Research Fund / American Institute for Cancer Research. Food, Nutrition, Physical Activity, and the Prevention of Cancer: a Global Perspective. Washington DC: AICR; 2007.  P. 79: “nutrients, phytochemicals, and other, as yet unknown, bioactive components act together to influence physiological responses.” P. 92: “a protective effect may result from a combination of influences on several pathways involved in carcinogenesis.”

Hu FB. Plant-based foods and prevention of cardiovascular disease: an overview. Am J Clin Nutr. 2003 Sep 1;78(3):544S–551S. “it is virtually impossible to pinpoint the exact nutrients or substances that are responsible for these protective effects”.

Lee KW, Lee HJ, Surh Y-J, Lee CY. Vitamin C and cancer chemoprevention: reappraisal. Am J Clin Nutr. 2003 Dec 1;78(6):1074–8.  “The cancer-preventive effects of vegetables and fruit may result from multiple combined effects of various phenolic phytochemicals, vitamins, dietary fibers, indoles, allium compounds, and selenium rather than from the effect of a single active ingredient”

Jansen MCJF, Bueno-de-Mesquita HB, Feskens EJM, Streppel MT, Kok FJ, Kromhout D. Reports: Quantity and Variety of Fruit and Vegetable Consumption and Cancer Risk.Nutrition and Cancer. 2004;48(2):142–8. “a mix of potentially plant-based anticarcinogens rather than a single compound may protect against cancer.”

Buckland G et al. Adherence to the mediterranean diet and risk of breast cancer in the European prospective investigation into cancer and nutrition cohort study.International Journal of Cancer. 2012; “the combination of the components is probably most biologically relevant as when individual components of the score were analyzed separately, few components were significantly associated with breast cancer”  

[xv] Schiller JT, Lowy DR. Understanding and learning from the success of prophylactic human papillomavirus vaccines. Nature Reviews Microbiology. 2012 Oct 1;10(10):681–92.

Smith-Bindman R. Radiation dose associated with common computed tomography examinations and the associated lifetime attributable risk of cancer. Arch Intern Med. 2009 Dec 14;169(22):2078-86. doi: 10.1001/archinternmed.2009.427.