Als een muis langer leeft van een bepaalde voedingsstof, geldt dat dan ook voor mensen? Geneesmiddelengigant Glaxo dacht van wel. Een paar jaar geleden kocht Glaxo voor een half miljard een firma op die was gespecialiseerd in resveratrol.[1] Dat is een stof uit rode wijn. Als muizen grote hoeveelheden van die stof eten, leven ze langer.

Er bestond al een andere manier om muizen langer te laten leven, maar die was minder aantrekkelijk. Muizen die permanent op een streng dieet staan en honger lijden krijgen minder ouderdomsziekten dan gewone muizen, en ze leven 30% langer.[2] Het is onzeker of een levenslang vermageringsdieet bij mensen ook werkt. Daarvoor heb je vrijwilligers nodig met normaal gewicht die vele jaren lang een hongerdieet volgen, en dat lukt niet. Maar het klinkt wel aannemelijk. We weten dat dikke mensen korter leven en eerder ouderdomsziekten krijgen dan mensen met een normaal gewicht; voor mensen met een normaal gewicht zou extra afvallen dus het leven verder kunnen verlengen.[3] Alleen wil niemand levenslang hongeren. De wijnpil bracht hier uitkomst, want de wijnpilfirma had ontdekt dat de stof uit rode wijn in het muizenlijf precies dezelfde effecten had als hongeren. Het DNA, dat alles in het lichaam bestuurt, ging onder invloed van de wijnpil dezelfde signalen uitzenden als onder invloed van een tekort aan eten. Wijnpil en hongeren hadden ook hetzelfde effect op diverse organen: beide voorkwamen bij bejaarde muizen vervetting van de lever en degeneratie van de hartspier.[4]

Er zijn echter redenen om even te wachten met het aanschaffen van een pot met wijnpillen. In de eerste plaats rijzen er de laatste tijd twijfels aan de effecten van deze stof bij muizen.[5] Andere onderzoekers kunnen de resultaten van de door Glaxo aangekochte wijnpilfirma niet goed reproduceren.[6][7] Misschien komt dat nog. Een belangrijker bezwaar vind ik dat we nauwelijks weten wat de wijnpil doet bij mensen. Nederlandse onderzoekers gaven onlangs vrijwilligers een hoeveelheid resveratrol overeenkomend met honderd liter rode wijn per dag. [8][9] Dat verlaagde de bloeddruk, het suikergehalte van het bloed en het vetgehalte van de lever. Dat is een begin, maar er is nog een lange weg te gaan voordat is bewezen dat het middel ouderdomsziektes voorkomt en niet tegelijk andere ziektes veroorzaakt. Ik ben ook sceptisch over de claims van de beroemde Engelse professor Linda Partridge. Zij belooft dat haar onderzoek bij fruitvliegjes, wormen en muizen binnen tien jaar leidt tot een pil die ons langer doet leven, met minder kanker, hart- en vaataandoeningen, botontkalking en suikerziekte.[10]

Ik geloof daar niets van. Niet dat ik tegen proefdieronderzoek ben. Zonder fruitvliegjes zou de moderne genetica niet bestaan, en dankzij onderzoek bij muizen kunnen dokters steeds vaker kanker genezen. Ook in de voeding waren proefdieren ooit cruciaal. De meeste vitamines zijn geïdentificeerd door onderzoek bij dieren, want met mensen kun je maar beperkt experimenteren. Maar dat was toen. Tegenwoordig is de opbrengst van voedingsonderzoek bij proefdieren teleurstellend. Of het nu gaat om antioxidanten, geconjugeerd linolzuur (CLA), selenium of vitamine A, telkens bleken fascinerende effecten van voedingsstoffen bij proefdieren niet op te gaan bij de mens. [11] [12][13]

Ikzelf had vroeg in mijn carrière een vergelijkbare ervaring. Het was bekend dat het eten van plantaardig in plaats van dierlijk eiwit konijnen beschermde tegen aderverkalking. Ik deed daar verder onderzoek naar, maar ik wou ook weten of het bij mensen werkte; dat was toen nog nauwelijks onderzocht. Toen we konijnen en mensen hetzelfde sojaeiwit gaven bleek het bij konijnen uitstekend te werken en bij mensen totaal niet.[14]

Waarom levert voedingsonderzoek bij proefdieren tegenwoordig zulke teleurstellende resultaten op? [15] Dat komt vooral doordat de volgorde is omgekeerd waarin het onderzoek gedaan wordt. De juiste manier om proefdieren te gebruiken is om te beginnen met een onmiskenbaar effect bij mensen. Neem de ontdekking van vitamine C. Het stond al eeuwen vast dat mensen die lange tijd geen groente en fruit aten — zoals zeelui op de schepen naar Nederlandsch Indië —, een dodelijke ziekte kregen die scheurbuik heette. Begin vorige eeuw werd ontdekt dat ook cavia’s scheurbuik kregen als ze geen groenten en fruit aten.[16] Toen kon in experimenten met cavia’s worden vastgesteld om welke stof het ging en waar die stof in zat. Zo is vitamine C ontdekt. Het was bekend dat er iets in groente en fruit zit waar de mens niet zonder kan, en vervolgens werd bij het proefdier uitgezocht welke stof dat was.

Helaas zijn nieuwe effecten van voedsel op ziekten bij mensen tegenwoordig zeldzaam. Daarom draaien sommige onderzoekers de volgorde om: ze zoeken iets dat werkt bij muizen en suggereren dat het bij mensen ook zal werken. Als dat wordt getest valt het vrijwel altijd tegen. Ik zou de wijnpillen dus maar laten staan tot is bewezen dat ook mensen er langer van leven.



[1] Matthew Herper. Why Glaxo Bought Sirtris. Forbes Magazine 24 April 2008.
De oprichter van Sirtris, Harvard professor David Sinclair, ontving bij de verkoop van zijn firma aan Glaxo 8 miljoen dollar. (Wall Street Journal Health Blog. Harvard Researcher Tied to Shaklee ‘Anti-Aging Tonic’ Vivix. 26 Dec 2008)

[2] Mattson MP. Energy intake, meal frequency, and health: a neurobiological perspective. Annu Rev Nutr. 2005. De eerste studies over calorische beperking en levensduur werden 80 jaar geleden gedaan bij ratten (McCay CM et al. The effect of retarded growth upon the length of life span and upon the ultimate body size. J Nutr 1935.)

[3] Te veel afvallen is in elk geval riskant. Voor de gevaren van te weinig eten zie: Dirks AJ, Leeuwenburgh C. Caloric restriction in humans: potential pitfalls and health concerns. Mech Ageing Dev. 2006.
[4] Baur JA ….. Sinclair DA. Resveratrol improves health and survival of mice on a high-calorie diet. Nature. 2006.
[5] In the Pipeline. Derek Lowe. The Sirtris Compounds: Worthless? Really? January 12, 2010.
[6] Beher D et al. Resveratrol is not a direct activator of SIRT1 enzyme activity. Chem Biol Drug Des. 2009.
Pacholec M et al . SRT1720, SRT2183, SRT1460, and resveratrol are not direct activators of SIRT1.J Biol Chem. 2010.
[7] Bass TM, Weinkove D, Houthoofd K, Gems D, Partridge L. Effects of resveratrol on lifespan in Drosophila melanogaster and Caenorhabditis elegans. Mech Ageing Dev. 2007
Burnett C et al. Absence of effects of Sir2 overexpression on lifespan in C. elegans and Drosophila. Nature. 2011.
David B. Lombard, Scott D. Pletcher, Carles Cantó, Johan Auwerx. Ageing: Longevity hits a roadblock Nature 2011.
[8] Timmers S et al. Calorie Restriction-like Effects of 30 Days of Resveratrol Supplementation on Energy Metabolism and Metabolic Profile in Obese Humans. Cell Metab. 2011.

[9] De actieve isomeeer van resveratrol die gebruikt wordt bij onderzoek is trans-resveratrol. Het gehalte aan trans-resveratrol in rode wijn varieert tussen 1 en 3 milligram per liter. (Wang Y, Catana F, Yang Y, Roderick R, van Breemen RB. An LC-MS method for analyzing total resveratrol in grape juice, cranberry juice, and in wine. J Agric Food Chem. 2002). De Nederlandse onderzoekers gaven hun vrijwilligers 150 milligram trans-resveratrol per dag (Zie Timmers et al, hierboven). Als we het trans-resveratrolgehalte van rode wijn op 2 mg/L stellen komt 150 mg overeen met 75 liter oftewel 100 flessen rode wijn van 0.75 L.

Voor onderzoek aan resveratrol is dit een lage dosis Commercieel verkrijgbare resveratrolsupplementen bevatten tot 5 gram per dagportie, overeenkomend met ruim drieduizend flessen rode wijn per dag.

[10] Linda Partridge. Gezond Ouder, p 12. Gedrukte versie van  een Volkskrantinterview door Ellen de Visser, uitgegeven door Volkskrant Boekenfonds ter gelegenheid van De Anatomische Les 2011. (Zie ook Iedereen aan de polypil. Volkskrant, 29 October 2011.) Overigens is Partridge niet duidelijk over de componenten van die polypil. In het interview spreekt ze over aspirine en statines, die bestaan allang en hebben niets van doen met haar eigen onderzoek. In haar lezing voor De Anatomische Les noemde ze lithium en rapamycine, beide bestaande geneesmiddelen met mogelijk ernstige bijwerkingen.
[11] Vitamine E en andere antioxidanten: Steinberg D. Antioxidant vitamins and coronary heart disease. N Engl J Med. 1993. Garewal HS, Schantz S. Emerging role of beta-carotene and antioxidant nutrients in prevention of oral cancer. Arch Otolaryngol Head Neck Surg. 1995.
Björkhem I et al. The antioxidant butylated hydroxytoluene protects against atherosclerosis. Arterioscler Thromb. 1991

CLA (conjugated linoleic acid, geconjugeerd linolzuur): David Kritchevsky D.Influence of Conjugated Linoleic Acid (CLA) on Establishment and Progression of Atherosclerosis in Rabbits. J Am Coll Nutr. 2000. Cook ME, Pariza M. The role of conjugated linoleic acid (CLA) in health. International dairy journal, 1998. MacDonald HB. Conjugated linoleic acid and disease prevention: a review of current knowledge. J Am Coll Nutr; 2000. S Toomey S et al. Profound resolution of early atherosclerosis with conjugated linoleic acid Atherosclerosis, 2006. De Franse autoriteiten daarentegen zijn kritisch over de veiligheid van CLA voor mensen en willen een nieuwe evaluatie door de EU: Opinion of the French Agency for Food, Environmental and Occupational Health & Safety on a “safety assessment of the use of an oil enriched with Conjugated Linoleic Acid (CLA)”. ANSES 2011.

[12] Bansal MP et al. DNA sequencing of a mouse liver protein that binds selenium: implications for selenium's mechanism of action in cancer prevention. Carcinogenesis. 1990.
[13] Ip C, Ip MM. Chemoprevention of mammary tumorigenesis by a combined regimen of selenium and vitamin A. Carcinogenesis. 1981.
[14] Van Raaij JMA, Katan MB, Hautvast JGAJ. Casein, soya protein, serum cholesterol. Lancet 1979;2:958-8.
15] Overoptimistische uitkomsten zijn een algemeen probleem bij proefdieronderzoek. Zie: Sena ES, van der Worp HB, Bath PMW, Howells DW, Macleod MR. Publication Bias in Reports of Animal Stroke Studies Leads to Major Overstatement of Efficacy. PLoS Biol 2010. en: van der Worp HB, Howells DW, Sena ES, Porritt MJ, Rewell S, et al. Can Animal Models of Disease Reliably Inform Human Studies? PLoS Med. 2010.
16] Norum KR, Grav HJ. [Axel Holst and Theodor Frolich--pioneers in the combat of scurvy] Tidsskr Nor Laegeforen. 2002.